Afdrukken naar de optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar
De optionele stapelaar of optionele nietmachine/stapelaar kan maximaal 500 vel papier bevatten (van
75 g/m2). De stapelaar accepteert het standaardpapierformaat en aangepaste formaten. De
nietmachine/stapelaar accepteert het standaardpapierformaat en aangepaste formaten, maar alleen
de formaten Letter, Legal en A4 kunnen worden geniet. Probeer geen andere soorten afdrukmateriaal,
zoals etiketten of enveloppen te verzenden.
OPMERKING:
Als een nietmachine/stapelaar is geïnstalleerd, zal het apparaat de afgedrukte
afbeeldingen automatisch 180° draaien op alle papierformaten, ook als de afdruktaak wordt geniet.
Papiersoorten die met de juiste afdrukstand moeten worden afgedrukt, zoals briefhoofdpapier of
geperforeerd papier, moeten eventueel in een andere richting worden geplaatst.
Als u wilt afdrukken naar de optionele stapelaar of optionele nietmachine/stapelaar, selecteert u de
optie in het programma, in het printerstuurprogramma of op het bedieningspaneel van de printer.
Voordat u de optionele stapelaar of de optionele nietmachine/stapelaar gebruikt, moet u ervoor
zorgen dat de printerdriver zodanig is ingesteld dat deze wordt herkend. U hoeft deze instelling slechts
één keer uit te voeren.
92
Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaal
NLWW
Windows
1.
Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen
vanuit de standaardweergave van het menu Start): klik op Start en vervolgens op
Printers en faxapparaten.
Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen
vanuit de klassieke weergave van het menu Start): klik op Start, Instellingen en
vervolgens op Printers.
Windows Vista: klik op Start, Configuratiescherm en vervolgens in de categorie
Hardware en geluiden op Printer.
Windows 7: Klik op Start en klik op Apparaten en printers.
2.
Klik met de rechtermuisknop op het driverpictogram en selecteer Eigenschappen of
Printereigenschappen.
3.
Klik op het tabblad Apparaatinstellingen.
4.
Stel in het gedeelte Installeerbare opties de optie Automatische configuratie in op Nu
update uitvoeren.
Mac
1.
Klik in het menu Apple op het menu Systeemvoorkeuren en klik vervolgens op het
pictogram Afdrukken en faxen.
2.
Selecteer het apparaat aan de linkerzijde van het scherm.
3.
Klik op de knop Opties en benodigdheden.
4.
Klik op het tabblad Driver.
5.
Configureer de geïnstalleerde opties.